Ben jij OK? Ik ben OK! |
OK aan de
oppervlakte
|
Stop, wacht
hier
|
Langzamer,
rustig aan (beweeg hand een paar keer rustig op en neer)
|
Blijf op
deze diepte.
(beweeg hand van links naar rechts) |
Naar boven
|
Naar
benenden
|
Blijf
dicht(er) bij elkaar
|
Ga iets
verder uit elkaar
|
Jij leidt,
ik volg
|
Waar is jouw buddy? |
Jij
|
Ik
|
Kom hier.
Kom terug.
|
(Ik ben) niet OK, er is iets mis. (roteer je hand een klein beetje op en neer en wijs daarna de het probleem aan, bijvoorbeeld het masker of je oor) |
Ik heb geen lucht meer |
Alarmeringssignaal aan de oppervlakte: er is iets aan de hand! (zwaai
uitbundig)
|
(Ik heb)
kramp (bal je vuist en wijs dan naar de plek waar je kramp hebt)
|
Ik heb last
van stikstofnarcose! (draai je wijsvinger in cirkels)
|
Ik heb het koud (beweeg
je handen op en neer over je bovenarmen)
|
Ik ben buiten adem
(Beweeg je handen van en naar je borstkast)
|
Hoeveel lucht heb je nog?
(Kijk op je meter!)
|
Antwoord voorbeeld
1:
50 Bar, daarna 20 Bar = 70 Bar (Altijd afronden op hele tientallen) |
Hoeveel lucht heb je nog?
(Kijk op je meter!)
|
Antwoord voorbeeld 2: |
Op reserve of 50 Bar
|
Twee keer = 100 Bar
|
Alternatief signaal voor 100
Bar
|
Opstijgen tot een bepaalde diepte. Daarna de diepte aangeven. Hier 6 meter. |
Afdalen tot een bepaalde diepte. Daarna de diepte aangeven. Hier 10 meter. |
Tijd
|
Stop 3 minuten op deze
diepte
|
Daar (-heen)
|
Naar huis/ terug
|
Ik weet het niet (haal je
schouders op)
|
Kijk, let op.
|
Naar mij
|
Ik heb de leiding
(Sergeant strepen op de mouw) |
Schildpad (draai de
duimen rond)
|
Grote rog (wapper vingers
als een grote rog)
|
Aal of murene
|
Kreeft
|
Hamerhaai
|
Haai
|
Schorpioenvis
|
Niet aanraken (wrijf met
de bovenste hand verschillende keren over de vingers)
|
Boot
|